Title
|
|
|
|
Van twee wallen eten? De stadsrand als overgangszone tussen stad en platteland in de late 15de en 16de eeuw : casus Oudenaarde
| |
Author
|
|
|
|
| |
Abstract
|
|
|
|
Ondanks de toenadering tussen de disciplines van de rurale geschiedenis en stadsgeschiedenis bleef de kennis van de premoderne stadsrand tot op heden zeer bescheiden. Onderzoek naar de laatmiddeleeuwse en vroegmoderne stadsrand is beperkt gebleven tot beschrijvende, veeleer regionale en lokale studies, die zich voornamelijk gericht hebben op de juridische en institutionele aspecten. Het onderzoek naar de gelaagdheid en de sociale en economische flows van deze pre-industriële stadsrand werd op deze manier tot op heden te kort gedaan en eindigde te vaak met een omschrijving van deze zone als arm en marginaal. Wij zijn echter van mening dat net – door de buitenwijken als een contactzone tussen stad en platteland te bekijken – dit gebied een uitweg kan bieden voor de tekortkomingen in het onderzoek. Het doel van dit doctoraat is daarom ook tweeledig. Enerzijds willen we de duurzaamheid van de buitenwijken nagaan. De vraag rijst dan ook of deze buitenwijken voornamelijk het (tijdelijke) resultaat van stedelijke groei waren, waarbij ze misschien zelfs weer inkrompen na een gunstige periode of dat zij een meer permanent karakter hadden: m.a.w. in welke mate waren de functies die zich hier ontwikkelden cruciaal voor zowel stad als platteland of waren deze eerder onderhevig aan continue veranderingen? Anderzijds wil deze studie voorbijgaan aan louter en alleen het onderzoeken van de functionaliteit van de buitenwijken voor het urbanisatieproces, maar wil het ook een bijdrage leveren aan de impact van sociale bezitsverhoudingen. Concreet gaan we in dit onderzoek in op drie hypotheses over waarom buitenwijken in de late middeleeuwen en vroegmoderne periode bestonden en hoe zij functioneerden. Ten eerste stellen we ons de vraag of deze stadsrand werkelijk een soort van overgangszone was waar controle moeilijk bleek te zijn en welke partijen dan wel belang hadden bij deze situatie. Ten tweede gaan we na of buitenwijken de functie van spons en arbeidsreservoir hadden in tijden van economische hoogconjunctuur: zullen zij terug krimpen na een periode van economische bloei of blijven zij aantrekkelijk op de vastgoedmarkt? Waren het effectief de buitenwijken die lagere woningprijzen kenden en waar de lagere sociale klassen zich vestigden? Tenslotte gaan we in op de structurele functies tussen stad en platteland. In welke mate was de randstedelijke economie gericht op de stedelijke markt? En was er ook in de buitenwijken van Oudenaarde en Pamele sprake van een ‘commercial survival economy’ en in welke mate waren er dan verschillen met de omliggende, verder afgelegen, dorpen? De dubbelstad Oudenaarde/Pamele vormt met zijn veelheid aan buitenwijken en omliggende dorpen (Bevere, Leupegem, Edelare, Ten Baillen en Eine) de ideale casestudie om de functie van de stadsrand, in haar interactie tussen stad en platteland, na te gaan in de late 15de en 16de eeuw. Gedurende deze periode kende de stad immers een economische en bijgevolg demografische bloeiperiode dankzij de tapijtindustrie. Dit onderzoek toonde op basis van de economische, sociale en juridische organisatie van deze buitenwijken aan dat ze een wezenlijk onderdeel vormden van de stad, hoewel ze net buiten de stadsmuren waren gelegen. De mogelijkheid tot grondgebruik was er echter essentieel en maakte dat vooral één specifieke buitenwijk ook in trek was bij stedelingen. Op deze manier raakten in de late 15de en 16de eeuwse stadsrand van Oudenaarde stad en platteland met elkaar verweven. |
| |
Language
|
|
|
|
Dutch
| |
Publication
|
|
|
|
Antwerpen
:
Universiteit Antwerpen, Faculteit Letteren en Wijsbegeerte, Departement Geschiedenis
,
2019
| |
Volume/pages
|
|
|
|
328 p.
| |
Note
|
|
|
|
:
Stabel, Peter [Supervisor]
:
Soens, Tim [Supervisor]
| |
Full text (open access)
|
|
|
|
| |
|