Title
|
|
|
|
Antidemocratische partijen en hun rechters
| |
Author
|
|
|
|
| |
Abstract
|
|
|
|
Op 29 juni 2001 verklaarde de Correctionele Rechtbank van Brussel zich onbevoegd in een strafzaak tegen drie V.Z.W.'s die voor de werking van het Vlaams Blok onmisbaar zijn. De rechter oordeelde, naar onze mening ten onrechte, dat de schending van art. 3 Racismewet waarvan de gedaagde partijen werden verdacht, een politiek misdrijf uitmaakte en daarom door het Hof van Assisen berecht moest worden. Als de appeÁlrechter zich wel bevoegd verklaart en tot een schending van de Racismewet besluit, betekent dit niet noodzakelijk dat de Raad van State verplicht is de publieke financiering van het Vlaams Blok in te trekken. Een schending van art. 3 Racismewet impliceert namelijk niet per se dat is voldaan aan de strenge voorwaarden voor intrekking, als geformuleerd door het Arbitragehof in zijn mijlpaalarrest van 7 februari 2001 |
| |
Language
|
|
|
|
Dutch
| |
Source (journal)
|
|
|
|
Rechtskundig weekblad. - Antwerpen, 1931, currens
| |
Publication
|
|
|
|
Antwerpen
:
2002
| |
ISSN
|
|
|
|
1782-3463
| |
Volume/pages
|
|
|
|
66
:4
(2002)
, p. 121-131
| |
Full text (publisher's version - intranet only)
|
|
|
|
| |
|